Van de onverschrokken schoonheid

Op dit moment ben ik mijn najaar-colleges rond de ‘onverschrokken schoonheid’, over het mooie in de filosofie, de natuur en de kunst, aan het voorbereiden. Het mooie is terug van weggeweest in het debat in de kunsten, maar staat nu in een ander licht. Wat is schoonheid op dit moment? Waartoe is er schoonheid?

Een belangrijke andere vraag raakt direct aan hoe wij ons bestaan ervaren in de wereld. Juist in tijden van crisis en onzekerheid kan het opmerken van schoonheid een essentiële kracht voor ons betekenen.

Een voorbeeld van hoe dat kan werken las ik vandaag bij de Noorse filosoof en bergbeklimmer Peter Wessel Zapffe (1899-1990). Deze bij ons niet zo bekende denker ontrafelt hoe de kunst een tegenwicht kan vormen, een manier om met het leven, dat lang niet altijd gemakkelijk is, om te gaan.

Lees verder

Wat zie je als je in de spiegel kijkt?

De laatste dagen ging het weer veel over het verschil tussen hoe iets aan ons verschijnt en hoe iets in de werkelijkheid is. En over dat het heilzaam is om eens even in de spiegel te kijken. Maar, wat zie je dan?

Toen ik studeerde aan de universiteit bleek mijn blik steeds weer te vallen op het begrip mimesis. Op een dag vind ik de dunne bundel essays van filosoof en hoogleraar Samuel IJsseling. Hij doet een gedurfde aanzet om dit grondbegrip uit de Oudheid opnieuw te duiden. Hij brengt het in verband met onze tijd, met onze kunst en literatuur, maar ook met onze identiteit.

Ik blader nu in het boekje en lees opnieuw: in de mimesis ontdekt en onthult de mens zichzelf en de werkelijkheid.

Zo’n krachtig instrument wat de filosofen en andere mensen hanteren wil je natuurlijk beter leren kennen. Eenvoudig is het niet. IJsseling merkt in de inleiding op dat elke vertaling van het woord mimesis* weer nieuwe problemen oproept. Hij legt de vinger op het raadselachtige en ongrijpbare hiervan.

Lees verder