Fortuna is een vrouw
Hoe Machiavelli ons helpt bij het nemen van beslissingen
Je kunt natuurlijk allerlei voorzorgsmaatregelen nemen, alles goed met je verstand wegen en alle mogelijke scenario’ s de revue laten passeren. Maar er zijn altijd krachten aan het werk die iets teweeg brengen wat we later soms ‘onvoorziene omstandigheden’ plegen te noemen. Deze omstandigheden maken dat we voorzichtig moeten zijn in onze beslissingen. Tegelijkertijd dwingen ze ons tot het innemen van een krachtige houding ten opzichte van die onbekende factor. Dat is niet gemakkelijk: in ons hart houden we niet van die onzekerheid. Het liefst geven we niet eens toe dat wij eigenlijk geen greep hebben op dit aspect. Er zijn maar weinig mensen die een speelbal van het lot willen zijn.
Negeren vormt echter geen optie. De invloed op het lukken of mislukken van onze plannen is daarvoor veel te groot. Bovendien schuilen juist in deze onzekerheid paradoxaal genoeg de grootste kansen. Wanneer we deze confrontatie uit de weg gaan, zou het ons wel eens veel kunnen gaan kosten.
Welke houding kunnen we dan nu ten opzichte van dit grillige lot innemen?
Machiavelli raadt aan om ons er in ieder geval niet zomaar bij neer te leggen. Hij vergelijkt het lot met een woeste rivier. Niets ontziend treden de watermassa’s buiten de oever en sleuren alles met zich mee: ‘iedereen gaat voor hen op de vlucht en wijkt voor hun geweld zonder er ook maar iets tegen te kunnen doen’. Dit maakt ons ook zo machteloos. We kunnen er alleen maar naar kijken.
Ten tijde van de ramp zelf is het vaak het enige wat we kunnen doen. Maar dat is geen reden om daar in te berusten. Want de perioden van rust bieden ons in ieder geval de gelegenheid maatregelen te treffen, zoals het aanleggen van beveiligde plaatsen en dijken.
De moeilijkheid is echter dat we niet precies weten wanneer de rivier overstroomt. Het water houdt zich niet aan onze regels, hoewel we die met wetenschappelijk onderzoek hebben vastgesteld en beproefd. Het lukt ons maar niet, ondanks onze ver ontwikkelde beheerstechnieken, de rivier ‘vast te zetten’ en binnen de door ons bepaalde oevers te houden. Want niets is ooit hetzelfde. En dat geldt niet alleen voor de rivier, maar ook voor onszelf.
Heraclitus
De oude Griekse filosoof Heraclitus is beroemd én berucht om zijn diepzinnige en vaak duistere uitspraken. Hij is de vader van een zogenoemde ‘spreuk’ die we vaak horen maar waar we maar weinig naar luisteren.
Panta rhei : ‘alles stroomt’ en niets blijft. Plato geeft het volgende commentaar: ‘ Heraclitus zegt zo ongeveer dat alles wijkt en dat niets blijft. En als hij dat wat er is vergelijkt met de stroom van een rivier, zegt hij dat je niet twee keer in dezelfde rivier kunt stappen.’ Zijn interpretatie is dat we geen echte kennis kunnen hebben van wat niet vaststaat. Voor echte kennis moeten we namelijk een vaste greep op de zaken hebben. ‘De rivier’ bestaat dus niet. Seneca drukt dit als volgt uit: ‘De rivier blijft dezelfde naam houden, maar het water is al voorbijgestroomd.’
Cornelis Verhoeven benadrukt dat Heraclitus met zijn panta rhei niet zegt dat alles voorbijgaat, ‘maar dat de voorbijgang of de ongrijpbaarheid is ingebed in een kader van voortdurende vernieuwing.’ Omdat alles in een voortdurende staat van verandering, van een ‘worden’ is, is dus inderdaad grof gezegd nooit iets ‘hetzelfde’. Je zou zelfs kunnen zeggen, dat je nooit voor een vergadering dezelfde directiekamer met dezelfde mensen binnenstapt. Dat lijkt alleen maar zo.
De goede dingen doen
Of iemand een goede leider is hangt niet af van zijn karaktereigenschappen noch van de handelswijze die daar uit voortkomt. Machiavelli heeft dat in de praktijk diverse malen kunnen waarnemen. De een handelt voorzichtig en bedachtzaam, de ander juist doortastend en met geweld. Beiden kunnen ze hun doel bereiken. Het slagen van hun onderneming staat niet direct in verband met hun persoonlijke manier van werken. Hun succes is afhankelijk van de mate waarin hun doen en laten past bij ‘de tijdsomstandigheden, die wel of niet met hun manier van optreden overeenstemmen’.
Deze wisselende omstandigheden veroorzaken ook de andere grote onzekerheidsfactor voor de leider: dat het hem nu voor de wind gaat betekent zeker niet dat dit altijd zo zal blijven. Doing things right en ‘de goede dingen doen’ is niet altijd en overal hetzelfde. Bovendien: wat goed is zal niet altijd goed blijven. Wat goed is, is namelijk afhankelijk van de situatie. Alleen daarom zouden wij om onszelf te beschermen altijd het woord ‘goed’ denkbeeldig tussen haakjes moeten zetten. Want zelfs de meest excellente heerser komt ten val als hij zijn manier van handelen niet weet aan te passen aan de veranderde omstandigheden. Zo schuilt in zijn succes tegelijkertijd zijn grootste kwetsbaarheid. Wij zijn helaas niet zo flexibel. Ook al beweren wij dat we ons gedrag altijd aan de situatie kunnen aanpassen, uit de praktijk blijkt het tegendeel. Dat heeft op de eerste plaats te maken met het feit dat het niet gemakkelijk voor ons is om af te wijken van waar wij van nature toe neigen. En op de tweede plaats, nog belangrijker, omdat wanneer wij door een bepaald gedrag te vertonen altijd veel succes hebben gehad, het erg moeilijk voor ons is hier plotseling van af te stappen.
Het goed kunnen inschatten van de tijdgeest is echter essentieel. Wanneer we hier niet toe in staat zijn of in onze verblinding hier zelfs recht tegenin gaan, dan leidt dat alleen maar tot teleurstelling en mislukking. Tijden veranderen snel, maar wij veranderen vele malen langzamer.
Fortuna is een vrouw
Het lot neemt bij Machiavelli en andere klassieke schrijvers een mooie en aantrekkelijke gedaante aan. Fortuna, zoals de naam ons al vertelt, is de godin van het geluk. Maar ze is óók de godin van het toeval en het lot, dat zich grillig en onberekenbaar, wispelturig en gevaarlijk aan ons vertoont. Is het dan zo verwonderlijk dat Fortuna een vrouw is? En juist omdat Fortuna een vrouw is kan men volgens Machiavelli beter doortastend zijn dan voorzichtig. Zij lijkt namelijk niet zo van voorzichtige leiders te houden. Zo’n man is gedoemd ten onder te gaan. Net wanneer de tijd is gekomen om aan te vallen, talmt hij en wacht hij af. En juist hierdoor komt hij ten val. Als hij echter zou veranderen in overeenstemming met de tijd, dan zou Fortuna zich niet van hem afwenden. Zachtheid in deze werkt averechts, hardhandigheid is geboden. Wanneer men haar eronder wil houden is het zelfs noodzakelijk haar te lijf te gaan en af te ranselen. Daarbij geeft ze vooral de voorkeur aan jonge mannen. Zij zijn minder voorzichtig en meer agressief, en durven haar meer naar hun hand te zetten.
Machiavelli zelf laat zich in zijn dagelijkse leven graag door meer aardse vrouwen vangen.
In een brief uit 1514 aan zijn vriend Vettori schrijft hij over zijn liefde van dat moment. Hoe hij hem eigenlijk zou moeten vertellen hoe die liefde begonnen is, hoe Liefde hem heeft gestrikt in haar netten. ‘Je zou beseffen’, zo zegt hij, dat gespreid tussen de bloemen, netten van goud geweven door Venus lagen, zo zacht en lieflijk dat, hoewel een ongevoelig hart ze kon vernietigen, ik daar van af heb gezien…’
Ook deze echte vrouwen brengen een gevaar met zich mee, daar is hij zich zeer van bewust.
Ruzies om vrouwen kunnen zelfs een staat te gronde richten. In de Discorsi verhaalt hij hoe een rijk meisje moet kiezen tussen een patriciër of een man uit het volk als echtgenoot. De gemoederen lopen uiteindelijk zo hoog op, dat deze onenigheid rechtstreeks leidt tot de ondergang van de hele stad Ardea. Hij verwijst hierbij naar Aristoteles, die stelt dat het krenken van de vrouw op een of andere wijze een van de belangrijkste oorzaken is voor de val van tirannen. Leiders en vorsten zijn gewaarschuwd: deze dingen moet men niet te licht opnemen. Bij het uitblijven van tegenmaatregelen neemt de oncontroleerbare chaos toe.
Zaken blijken dus niet zo gemakkelijk te scheiden van het meisje, integendeel. Fortuna weeft onverstoorbaar verder aan haar web. De geschiedenis leert dat het in de omgang met de fortuin wel mogelijk is om mee te buigen, maar dat men haar niet kan blokkeren. En zo kunnen we haar wel helpen haar web te weven, maar kunnen we dat niet verscheuren.
Maar opgeven mag men nooit: ‘want de fortuin bewandelt kromme, onbekende paden, en waar die heen leiden weet men niet’. Het is daarom dat men altijd moet blijven hopen en nooit de moed moet verliezen.
Om dit vol te kunnen houden handelt de leider gedreven door een combinatie van zowel rationele als intuïtieve factoren. Deze combinatie bereikt nooit een balans die blijvend is, slechts tijdelijk lijkt dit evenwicht vast en grijpbaar. Ondernemer Paul Fentener van Vlissingen schrijft zijn gedachten over ondermeer de rol van het ‘geluk’ bij het nemen van beslissingen als volgt op: ‘Soms moet de rationaliteit worden afgeremd door het instinct en soms het instinctieve gevoel worden bijgestuurd met rationaliteit. De combinatie van beiden in de juiste verhoudingen en op het juiste moment is de geheime sleutel. Soms denk ik te weten waar die hangt, om na die droom weer wakker te worden en opnieuw te zoeken.’
De onzekerheid van de heerser
Machiavelli tekent in zijn onovertroffen geschrift De heerser de essentie op van wat hij in zijn functie als belangrijke ambtenaar van Florence heeft geobserveerd en aan den lijve heeft ondervonden. Ontelbare kilometers reist hij langs alle machtscentra in Europa, altijd op zijn hoede. Nauwkeurig houdt hij het belang van de kleine, maar unieke stadstaat Florence in het oog. Wanneer hij zich heeft teruggetrokken op zijn landgoed in Sant’Andrea heeft hij eindelijk de tijd om zijn lange loopbaan te overzien. In een brief vertelt hij hoe hij ‘avonds zijn met modder besmeerde kleren uitdoet en zich hult in een koninklijk gewaad. Alleen zo kan hij passend gekleed het gesprek over de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de macht aangaan. Zijn gesprekspartners zijn de grote mannen uit de Oudheid die voor hem hun ervaringen neerschreven en zo bewaard hebben voor het nageslacht. De aandacht van Machiavelli voor deze klassieke gebeurtenissen en bronnen vormt in combinatie met zijn eigen zorgvuldig opgetekende inzichten de tijdloze kracht van het boek. Talloze grote en kleine leiders zoeken in de eeuwen na hem in zijn boek een houvast voor hun handelen. Meer dan eens komt het voor dat een lezer zo boos is, dat hij verontwaardigd verslag doet van de vermeende tekortkomingen van het boek. En dit nog los van de verdenking dat De heerser een immoreel boek zou zijn, een oordeel dat iedere keer opnieuw in de geschiedenis opduikt.
Want het advies dat Machiavelli aan de heerser geeft kan de grootste twijfel die iedere leider kent niet wegnemen. De onzekerheid blijft. En daar blijft het niet bij. Die onzekerheid moet zoals we gezien hebben ook gewild en zelfs gevoeld worden. Natuurlijk is dit moeilijk en vele malen zelfs pijnlijk. Maar alleen zo kan Vrouwe Fortuna haar grootste schat met ons delen: de talloze mogelijkheden die het lot ons biedt.