Van de onverschrokken schoonheid

Op dit moment ben ik mijn najaar-colleges rond de ‘onverschrokken schoonheid’, over het mooie in de filosofie, de natuur en de kunst, aan het voorbereiden. Het mooie is terug van weggeweest in het debat in de kunsten, maar staat nu in een ander licht. Wat is schoonheid op dit moment? Waartoe is er schoonheid?

Een belangrijke andere vraag raakt direct aan hoe wij ons bestaan ervaren in de wereld. Juist in tijden van crisis en onzekerheid kan het opmerken van schoonheid een essentiële kracht voor ons betekenen.

Een voorbeeld van hoe dat kan werken las ik vandaag bij de Noorse filosoof en bergbeklimmer Peter Wessel Zapffe (1899-1990). Deze bij ons niet zo bekende denker ontrafelt hoe de kunst een tegenwicht kan vormen, een manier om met het leven, dat lang niet altijd gemakkelijk is, om te gaan.

Lees verder

Albert Camus en het portret van Nietzsche

Soms wordt een inzicht, door feiten en ideeën naast elkaar te leggen, ineens duidelijker en bijna voelbaar. Als in een collage van verschillende materialen van Max Ernst vinden de stukjes papier, woorden en plaatjes een samenhang die er eerder nog niet was.

Op dit moment ben ik de colleges rond de betekenis van ons bestaan in de wereld aan het samenstellen. Ik maak een keuze uit de gedachten van de existentie-filosofen en de beelden in literatuur en de kunst die dit thema zichtbaar en/of ervaarbaar maken.

Ik blader in een oud boekje over Camus en zie een bekende foto. Daaronder staat: Foto van Nietzsche die in Camus’ werkkamer aan de muur hing

Het hoofd van Nietzsche staart voor zich uit in de verte, zijn handen rustend op elkaar. Het is dan al lang geleden dat de filosoof samenhangend sprak. Nu ligt hij in zijn witte hemd op de sofa en zwijgt. Maar andere denkers en kunstenaars praten verder. Ze voelen zich uitgedaagd om zelf een positie te vinden, een manier om met zijn vaak pijnlijke inzichten om te gaan.

Het is opvallend hoe ondanks het absurde van ons bestaan op aarde, Camus hartstochtelijk en vol emotie blijft schrijven over dat toevallige leven en de doorslaggevende rol van de kunst.

Uit: Morvan Lebesque, Albert Camus, uitgave uit 1966

In zijn dagboek noteert hij:

‘Kunstenaars en kunstwerk. Het echte kunstwerk is dat wat niet alles zegt. Er bestaat een zeker verband tussen de globale ervaring van een kunstenaar, zijn gedachten + zijn leven (-) en het oeuvre dat deze ervaring weerspiegelt. Dit verband is slecht wanneer het kunstwerk die ervaring in haar geheel een omlijsting van literaire franje geeft. Dit verband is goed wanneer het kunstwerk als uit de ervaring gehouwen is, het geslepen facet van een diamant waarin de innerlijke gloed ten volle is geconcentreerd.’

Het is niet gemakkelijk om dit leven te laten fonkelen. Maar Camus en zijn metgezellen durven het aan hier mee aan de slag te gaan. Om tegen de keer in deze inzichten woorden te geven. En geïnspireerde kunstenaars vinden in literatuur en beeldende kunst hun eigen vorm voor dit thema.

Op deze manier laat een verdieping in de betekenis van onze existentie je anders kijken naar ons eigen nu.

Wilt u dit meemaken, ga dan samen met mij de confrontatie aan met dit absurde maar springlevende bestaan.

U kunt zich nog maar een paar dagen inschrijven, tot en met woensdag 23 september.

We spreken elkaar nader.

Inschrijven: https://hovo.vu.nl/nl/cursusaanbod/najaar-2020/filosofie-en-religie/tussen-essentie-en-existentie/index.aspx

 

Lees verder